Gerd de Ley, Citaten van deze auteur
|
Citaten van Gerd de Ley
|
Er zijn puntjes die niet graag hebben dat het paaltje erbij komt.
   |
| Vader tot dochter: Jongens zijn net als kogels. Zolang je ze hoort fluiten is er nog geen kwaad geschied.
|
| Hij was verliefd op zichzelf. Maar, zo verklaarde hij, hij had er dan ook alle reden toe.
|
| Vrouwen kijken alleen maar naar mannen om te zien of die hen wel bekijken.
|
| Heel wat vrouwen zijn tot tranenstoe bereid om gelijk te krijgen.
|
| Vrouwen zijn het gekst op onverschillige mannen. Je kunt dus niet genoeg veinzen.
|
| Eén van de grootste vergissingen die men kan doen: zijn vrouw onderbreken als zij volop aan het zwijgen is.
|
| Bij sommige vrouwen kom je nooit ongelegen.
|
| Zucht: een gestileerde vloek.
|